-ervaringen van een ‘interim-manager’-

Met haar armen over elkaar zat ze tegenover mij, Ans, met een blik van: “Hou het zo kort mogelijk, ik heb andere dingen te doen”. In mijn eerste dagen als interim-directeur van de welzijnsinstelling vond ik het belangrijk om iedereen te spreken en te horen ‘hoe men er in stond’. De welzijnsorganisatie was volgens een gerenommeerd adviesbureau niet meer te redden, maar de raad van toezicht had toch besloten nog een laatste poging te wagen en had mij aangetrokken om daar invulling aan te geven. Mijn uitnodiging om zich uit te spreken pakte de dame in kwestie met beide handen aan.
“Zal ik eerlijk zeggen hoe ik er over denk?” zei ze, en vervolgde meteen: “Weer zo’n interimmer die heel veel geld kost en waar wij als personeel niks mee opschieten, we gaan toch naar de knoppen”. De ervaringen met interim-managers bij de welzijnsclub waren namelijk niet bepaald positief. Nadat Ans vervolgens een reeks van pijnpunten had gedeeld en ik haar bedankte voor haar openhartigheid, stond ze op en ging terug naar haar eigen domein, de receptie, waar ze al jarenlang als gastvrouw met een vriendelijk woord en gebaar alle voorbijkomende bezoekers verwelkomde.

De beeldvorming over interim-managers is niet altijd positief. Sommigen zien hen nog steeds als ‘de slagers’ die voorbij komen, de boel strak saneren, honderd man op straat zetten en er dan zelf snel met een zak geld van door gaan. Of ze worden in de beeldvorming samengebracht onder de noemer ‘seagull management’: komen met veel geschreeuw binnen, besmeuren de boel en vliegen even hard weer weg, de organisatie in desperate toestand achterlatend. En mocht zo’n interim-manager wel iets bereikt hebben, dan wordt dit met het vertrek van de interim-manager weer teniet gedaan, zo wordt nogal eens gesteld.

Is het echt zo miserabel gesteld met het interim-management, of zijn het beelden uit het verleden die zijn blijven hangen? Of is het misschien zo, dat er appels met peren worden vergeleken onder die ene noemer ‘interim-management’? Zijn er interim-professionals die het wél anders doen en in staat zijn echt een duurzaam resultaat achter te laten waar de organisatie mee verder kan? En hóe doen ze dat dan?

Is het echt zo miserabel gesteld met het interim-management, of zijn het beelden uit het verleden die zijn blijven hangen?

Jaren na mijn interim-periode bij de welzijnsorganisatie viel er een kaart op de mat, van Ans, de dame van de receptie. Ze nam afscheid, ze ging met pensioen en nodigde mij uit voor haar afscheidsreceptie. Bijzonder vond ik dat. Natuurlijk ging ik naar de receptie, een receptie met veel bekende gezichten en een hartelijk weerzien. Ik bedankte Ans dat ze mij had uitgenodigd voor haar afscheid. Ze keek me even strak aan en zei: “Natuurlijk, als jij er niet was geweest, dan had ik dit nu niet kunnen meemaken”. Het was inderdaad goed gekomen met de welzijnsinstelling, maar niet ík had daarvoor gezorgd, ik mocht er bij zijn, ik mocht mijn bijdrage leveren, maar was het niet dankzij de betrokkenheid van alle medewerkers, dat de organisatie er weer bovenop was gekomen? En door diezelfde betrokkenheid ging het nog steeds goed met de club. Na de receptie liep ik terug naar de parkeergarage. Ik voelde mij bevoorrecht dat ik die periode bij de welzijnsorganisatie mee had mogen maken en ik dacht na over die periode, de gelatenheid die ik in eerste instantie aantrof en die ik na verloop van tijd zag ombuigen naar nieuw elan en grote betrokkenheid. Was mijn bijdrage inderdaad cruciaal, zoals Ans beweerde? En waar zat dat dan in?

De vraag is wat er overblijft qua betrokkenheid binnen een organisatie. Blijft het bewogen zijn met de belangen van ‘de klant’ overeind, nadat een interim-manager zijn opdracht heeft afgerond en afscheid heeft genomen? In hoeverre is hij of zij in staat geweest de organisatie- en teambetrokkenheid een blijvende impuls te geven, zijn mensen bevlogen geraakt of is met zijn/haar vertrek ook de bewogenheid vervlogen?

Heeft de interim-professional daadwerkelijk een steen verlegd? En hoe dan? Goed om dat voortdurend weer af te vragen.

– Klaas Pool

Het artikel is gebaseerd op ervaringen uit meerdere interim-opdrachten en zijn derhalve niet te herleiden tot één specifieke opdracht.