“Je hebt mensen met een beperking, en mensen die denken dat ze geen beperking hebben”. Deze uitspraak heb ik niet van mezelf, maar van één van de gewaardeerde Tweede Kamerleden tijdens een bijeenkomst met anders begaafden, ondernemers en politici.

We genoten samen van een uitstekend buffet, maar vooral van de verhalen en ervaringen van onze tafelgenoten, de zogenaamde ‘anders begaafden’. Mooie ervaringen kwamen naar voren, maar ook verdriet en pijn. Mij werd een spiegel voorgehouden. Wat wist ik eigenlijk maar weinig van hun wereld. O ja, de laatste tijd is er meer media-aandacht voor deze groep, met programma’s als Knoop in je zakdoek, Down voor dummies en SynDroom. Ik ga er vanuit dat deze programma’s met veel respect worden gemaakt. Maar toch zien we maar een stukje van de werkelijkheid.

Die uitspraak “Je hebt mensen met een beperking, en mensen die denken dat ze geen beperking hebben” is bij me blijven hangen en wordt telkens weer bevestigd in de praktijk. De mensen die wij aanduiden als ‘mensen met een beperking’ of ‘anders begaafden’ zijn over het algemeen zeer openhartig over wat ze minder goed kunnen en waar ze hulp bij nodig hebben. Hoe anders gaat het met mensen die denken dat ze geen beperking hebben? Ze doen verwoede pogingen om de schijn op te houden dat het bij hen allemaal ‘goed’ zit. Ze hebben alles onder controle en nee, ze zouden echt niet weten wat er hen mankeert. Tegelijkertijd weten ze prima te benoemen waar de beperkingen bij de ander zitten. Of het nu gaat om bestuurders van grote organisaties, de heren en dames politici, collega’s onderling, de mensen op het voetbalveld of nog eerder de mensen op de tribune: men weet maar al te goed waar het bij de ander aan schort.

Het jaar 2017 is net begonnen. Misschien een goed moment om het eens anders te gaan doen. We gaan niet kijken naar de beperkingen van de ander, maar leggen juist de nadruk op hetgeen de ander wél kan. En dat gaan we dan niet alleen denken, maar ook zeggen. Ik waardeer je, omdat …

En wat onszelf betreft gaan we leren in te zien waar we onszelf kunnen verbeteren en waar we misschien de ander nodig hebben. En door daadwerkelijk die hulpvraag te stellen maken we ons misschien wel kwetsbaar, maar worden we tegelijk weer meer mens. Wat dat betreft kunnen we veel leren van de ‘mensen met een beperking’. Het zou een zegen voor de maatschappij zijn als we ophouden met het roeptoeteren over de ander en in de plaats daarvan de goede dingen over een ander gaan zeggen.

En dan? Realiseren we langzaam maar zeker dat we allemaal in zekere zin beperkt zijn.

– Klaas Pool
Directeur Pool Management & Organisatie